34 | ONDER DE PEPERBUS | JAARGANG 9 | NUMMER 2 Het was een uitspraak van Bert Konterman in de ODP van mei 2021. Dat is nogal wat. Dat je de vierde jeugdopleiding van Nederland hebt. Een uitspraak uit de mond van een KNVB jeugdbondscoach, die staat, maar waar natuurlijk wel een Zwols tintje aanzit. Hoe dan ook, het is toch knap hoe de jeugdopleiding van PEC Zwolle de laatste jaren is gegroeid in teams, ontwikkeling en niveau. Anco Jansen Hoe anders was dat pak ‘m beet 17 jaar geleden. Rav van den Berg was nog niet eens geboren. Het jaar 2004. Ik meldde mij toen via een oproep in de FC Zwolle krant (!) aan om teammanager te worden. Uiteindelijk belandde ik na een gesprek met hoofd jeugdopleiding Gerard Nijkamp bij de A1. Zwolle had toen nog een A1, B1, C1 en D1. Meer was er niet. Er was wel meer niet. Het was echt behelpen en compleet onvergelijkbaar met de tijd van nu. Gelukkig stroomden er wel jeugdspelers door naar het eerste. Uit de A1 waren dat Tom IJzerman, Dennis van der Wal en Etiënne Reijnen. En halverwege mijn teammanagerstijd ging ook Anco Jansen door en alle vier haalden ook echt de hoofdmacht. Buiten het veld had FC Zwolle het amateurisme aan de kont hangen. Er was geen eigen accommodatie, wij speelden onze thuiswedstrijden bij SV Zwolle. Terwijl bij thuiswedstrijden standaard de spelersbussen van iedere tegenstander de parkeerplaats aan de Hortensiastraat opdraaiden, was dat andersom niet zo. Er was geen spelersbus voor de jeugd. Sterker nog, er was maar één busje voor de hele jeugdopleiding. Een Fiat Ducato met gladde banden en niet werkende ruitenwissers. Als leider, assistent of grensrechter reed je daarin. Voor de rest zorgde je voor auto’s, bestuurd door goedwillende ouders. De trainer reed in zijn eigen auto. Voor iedereen was er een uitgeprinte routebeschrijving. Afstand Twee zaken speelden een rol bij het rijden in het busje. De eerste was de afstand. Wie het verst moest rijden, had recht op het busje. Had de D1 een uitduel tegen Telstar en speelden wij tegen Haarlem, dan won de jongste jeugd het van ons op kilometers (139 om 135). Dat betekende nog meer uitwedstrijden met auto’s en andermaal goedwillende ouders. Verre van ideaal. En dan te bedenken dat amateurclubs als AFC Amsterdam en Argon Mijdrecht gewoon met de bus naar Zwolle kwamen. En had je het busje toebedeeld gekregen, dan was je er nog niet. Want waar ben je zonder autosleutel? Die hing in een soort van meterkast achter de toenmalige Noord-tribune in het oude stadion. Met een sleutel kon je die ruimte openen om zo de autosleutel bemachtigen. Alleen, de oprechte teleurstelling, lichte stress en zware verontwaardiging dienden zich regelmatig aan. Geen sleutel. Die zat in de broekzak van een daar heb je ‘m weer, goedwillende vrijwilliger. Gelukkig is er veel veranderd. Zeker buiten het veld. Toch zie ik regelmatig nog vacatures voorbij komen van de jeugdopleiding. Gevraagd een assistentscheidsrechter, een teammanager of andere vrijwilliger. Ik kan alleen maar zeggen, doe het gewoon. Met die jonge knapen op pad, je komt op stadionplekken waar je normaal gesproken écht nooit komt en je spreekt de meest bijzondere mensen. Ik denk alleen niet dat je de bus mag rijden… Erik Riemens is hoofdredacteur van de Onder de Peperbus, hij was van 2004 tot en met 2006 teammanager van FC Zwolle A1. “Ja, ik vind absoluut dat er een goede basis staat met veel talenten die kunnen zorgen voor fantastisch voetbal in Zwolle. Naast spelers uit de regio als Reijnders en Huiberts komen er jongens als Van den Belt, Van den Berg, Lagsir en Chirino aan. Er staan echt veel spelers uit de regio op deur te kloppen die PEC veel lol kunnen bezorgen. De academie van PEC is een van de betere in Nederland. Veel bvo’s zijn daar jaloers op. Je hebt Ajax, PSV en AZ en dan komt PEC al wel hoor.” Column
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=