30 | ONDER DE PEPERBUS | JAARGANG 9 | NUMMER 2 Tegenwoordig moet er om een transfer rond te krijgen eerst contact worden opgenomen met een zaakwaarnemer. Vroeger ging dit echter wel anders. “Ik werd gebeld door Pim van de Meent met de vraag of ik interesse had om bij PEC Zwolle te komen spelen. Hij was op dat moment trainer van FC Amsterdam, de club waar ik het voorgaande seizoen actief was, en had gehoord dat PEC Zwolle op zoek was naar een nieuwe keeper. Waarschijnlijk is deze link te leggen doordat Van de Meent eind jaren 60 ook trainer van PEC was, maar zo kwam ik dus zonder één training te hebben meegespeeld binnen bij Zwolle.” Bankzitter Op dat moment was Bert van Geffen nog de onbetwiste nummer één tussen de palen, maar door vele blessures lag hij er meermaals langdurig uit. Vandaar dat Raven vanaf zijn tweede seizoen de meeste wedstrijden mocht keepen. Desondanks moest hij dit plekje als eerste doelman in het seizoen 1983/84 weer afstaan. “Onder Marten Eibrink werden grote namen uit de voetballerij naar Zwolle gehaald”, vertelt Raven. “Zo kwamen Cees van Kooten en Johnny Rep bij ons, maar ook Piet Schrijvers. Dit nieuws kreeg ik destijds toevallig te horen bij de kapper waar ook Henk Wageman, werkzaam bij de Zwolse krant, was. Natuurlijk wist ik toen gelijk dat Schrijvers niet als bankzitter was gehaald en dat ik mijn plekje af moest staan.” Ruilconstructie Uiteindelijk wordt er een ruilconstructie gerealiseerd met SC Heerenveen. “Jan de Boer lukte het dat seizoen niet om zijn werk met het voetbal bij Heerenveen te combineren, waardoor hij bij Zwolle zou gaan fungeren als tweede doelman en ik naar Heerenveen vertrok om zo alsnog wedstrijden te spelen.” Een baan naast het voetbal was destijds heel gebruikelijk. Zo ook voor Raven. “Toen ik mijn contract tekende bij PEC Zwolle werd mij ook een baan naast het voetbal beloofd. Zo regelde de heer Van den Berg, die in het bestuur zat van de club, dat ik aan de slag zou kunnen gaan bij Hillhout Bergenco. Doordeweeks werkte ik dan eerst tot kwart voor één, waarna ik me vervolgens kon voorbereiden op de middagtraining van half drie. De woensdagen werkte ik, aangezien er dan geen training op de planning stond, de gehele dag.” Natuurlijk ontstaat dan de vraag of dit wel te combineren viel als hij in Heerenveen zou gaan spelen. Dit bleek echter geen probleem te zijn. “Bij Heerenveen trainden we altijd pas om vijf uur in de middag. Daarnaast mocht ik de vrijdagmiddagtraining, die vaak uit een uitgebreide partijvorm bestond, als speler van Heerenveen gewoon bij PEC Zwolle uitvoeren.” Speler van het jaar Bij Heerenveen groeit de sluitpost uit tot één van de sterkhouders. In een elftal met onder andere oud-teamgenoot Jan Hendriksen, waarmee hij dagelijks op en neer rijdt naar Friesland, komt hij tot dertig wedstrijden. “Aan het einde van het seizoen werd ik door de supporters uitgeroepen tot speler van het jaar. Dat was natuurlijk een mooie waardering.” Een boomlange doelman met flitsende reflexen en uitstekende prestaties onder druk. Zo stond Ad Raven (nu 66) omschreven in de Zwolse presentatiegidsen van weleer. De geboren en getogen Haarlemmer maakte op 19-jarige leeftijd zijn debuut op het hoogste niveau in Nederland, waarna een profcarrière bij FC Amsterdam, PEC Zwolle, sc Heerenveen en Telstar zou volgen. PEC Zwolle in the days met… Ad Raven “Ik hoorde bij kapper van komst Piet Schrijvers”
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=